Houten terrassen: een duurzaam terras vraagt een zorgvuldige houtkeuze
Natuurlijk en veelzijdig
Laten we beginnen met wat ons de laatste tijd enorm heeft beziggehouden, de moeilijke aanvoer en enorme prijsstijging van materialen. De prijsstijgingen van terrashout zijn niet zo sterk geweest als die van constructiehout (naaldhout). De markt is ondertussen ook weer gestabiliseerd, er is opnieuw voldoende hout beschikbaar. Er zijn op dit ogenblik dus geen onmiddellijke gevolgen voor de bouw van terrassen.
Hout heeft, behalve de warme en natuurlijke uitstraling, nog meer troeven. Het is een natuurlijk, hernieuwbaar product met beperkte impact op het milieu, in tegenstelling tot steen en cementgebaseerde producten. Een gekapte boom die heraangeplant wordt, groeit immers opnieuw om een nieuw terras te leveren. Dit werkt zo niet met steen of cement uiteraard. Bovendien is het een makkelijker product om mee te werken, is er een groot gamma aan soorten, grote keuze qua esthetiek en net zo eenvoudig in onderhoud als een andere ondergrond.
Aandachtspunten
Het moeilijkste is waarschijnlijk de geschikte houtsoort kiezen. Daarbij moeten we erop letten dat de soort een voldoende natuurlijke duurzaamheid moet bezitten (klasse 1 tot en met 3). Waar we ook rekening mee moeten houden, is de dimensionele stabiliteit, het gebruik van roestvaste bevestigingsmiddelen, een houtvochtgehalte van 17±1% bij plaatsing en dat zware houtsoorten (zwaarder dan 800kg/m3) dienen voorgeboord te worden.
TIP: Niet zozeer een fout, maar wel af te raden zijn planken met zogenaamde ingefreesde ‘anti-slip groeven’. Er zal zich na verloop van tijd vuil accumuleren in deze groeven wat niet makkelijk te verwijderen is, waardoor de plank glad zal zijn en blijven. Het is best om een ‘kale’ terrasplank te leggen, en deze geregeld te poetsen. Verder is het belangrijk dat de terrasplank voldoende geventileerd kan worden (dus ook aan de onderzijde), om werken en vervorming van het hout te voorkomen.
Uit het goede hout gesneden
De houtmarkt evolueert voortdurend. We zien nieuwe, ongekende soorten opkomen en andere soorten van de markt verdwijnen of we zien de kwaliteit van de referentiehoutsoorten afnemen. In buitentoepassingen, een marktsegment dat grotendeels beheerst wordt door tropische houtsoorten, was meranti een vijftiental jaar geleden alom tegenwoordig en waren ipé of itauba slechts sporadisch te bespeuren. Een aantal experten uit de houtsector waaronder het WTCB en verscheidene academici hebben daarom een nieuwe lijst van houtsoorten geschikt voor buitengebruik opgesteld met vermelding van de duurzaamheidsklasse, dimensionele stabiliteit en aangevuld met eigen bevindingen. Een interessante leidraad die we jullie niet willen onthouden.
Duurzaamheidsklasse 1, 2 of 3
De natuurlijke duurzaamheid van het hout – zijn intrinsieke weerstand tegen biologische aantasting – is een van de belangrijkste karakteristieken bij de keuze van de houtsoort. De duurzaamheidsklassen van 130 houtsoorten zijn vastgelegd in de norm EN 350-2. De norm EN 335 definieert de gebruiksklassen en de EN 460 legt het verband tussen de EN 335 en de EN 350. Deze zijn essentieel voor ontwerpers, architecten en bouwheren om hen te helpen bij de keuze van de voor te schrijven houtsoort en/of van de aard van de behandeling overeenkomstig het type bouwwerk, de bestemming en de ligging ervan. Hout gebruikt voor een terras moet tot duurzaamheidsklasse 1, 2 of 3 behoren.
Opbouw
Er kunnen verschillende soorten dragers worden gebruikt. Betonnen dragers kunnen geprefabriceerd of ter plaatse gestort worden (cement van 350 kg/m3). Er mogen geen holle dragers worden gebruikt. Om een verhoogd terras (meer dan 25 cm boven het maaqiveld) aan te leggen, worden de dragers als paaltjes beschouwd en is een specifieke studie vereist. Polymeerdragers zijn dan weer licht en kunnen in de hoogte worden versteld, wat de plaatsing vergemakkelijkt.
De houtsoorten die voor het balkwerk (de houten onderstructuur van het terras) worden gebruikt, moeten eveneens tot duurzaamheidsklasse 1, 2 of 3 behoren op basis van hun natuurlijke duurzaamheid of van de behandeling die ze hebben ondergaan. De minimale mechanische sterkteklasse die voor het balkwerk is vereist, is C18 voor naaldhout en D18 voor loofhout. Belangrijk bij de plaatsing is dat vermeden wordt dat de balk in contact kan blijven met stagnerend water.
Bij de vloerribben is de tussenafstand belangrijk. Ze moeten voldoende dicht bij elkaar liggen om belasting en een te grote doorbuiging van de beplanking te vermijden. De vloerribben worden in de breedte geplaatst, d.w.z. dat het brede vlak evenwijdig met de grond loopt. Ook hier gelden dezelfde duurzaamheidsklasses. Let op, over het algemeen mag harder hout niet op zachter hout worden bevestigd.
Opgelet bij dakterrassen
In functie van de brandveiligheid moeten houten dakterrassen voldoen aan specifieke regels. Een houten terras op een plat dak beantwoordt onder bepaalde voorwaarden aan de eigenschappen van de brandklasse Broof(t1), die de prestatie van een dak weergeeft bij blootstelling aan een externe brand. Gezien het daar, in het kader van brandveiligheid, vastgelegd in het Koninklijk Besluit ‘Basisnormen inzake brandpreventie’, beschouwd wordt als een dakbedekking moet het die eigenschappen vertonen. Als er aan de volgende voorwaarden wordt voldaan, is uit een proef van WTCB gebleken dat het houten terras het gedrag bij een externe brand niet verslechterde, maar veeleer een zekere bescherming bood aan het onder het terras gelegen dak.
- Houten terrasplanken: densiteit van 750 tot 1.050 kg/m3 (robinia, padoek, itaube, ipé, bilinga, jatoba …), dikte van 21 tot 40 mm, minimale breedte van 120 mm, mechanische bevestiging op een houten draagstructuur, evenwijdig met of loodrecht op de dakhelling
- Breedte van de voegen tussen de planken: 4 tot 6 mm
- Houten draagstructuur: houten onderliggers (minimale densiteit van 750 kg/m3, sectie van 60 x 40), rechtstreeks op het dak geplaatst of met tussenplaatsing van polypropyleen terrasdragers (max. 6 per m2)
- Daken onder het houten terras: alle bitumineuze platte daken (helling van 0 tot 20°) die tot de klasse Broof(t1) behoren.
Hoewel ze niet onder de huidige extrapolatieregels vallen, zou men dus wel kunnen stellen dat de voorgestelde oplossingen ook gelden voor andere daken waarop een houten terras geïnstalleerd is, voor zover deze zelf tot de klasse Broof(t1) behoren.*
Natuurlijke vergrijzing
Terrassen kunnen behandeld worden met een beits of gelijkaardig product geschikt voor buitengebruik indien vergrijzing niet gewenst is. Een ‘nadeel’ daaraan is dan dat het om de 2-3 jaar moet onderhouden worden met ditzelfde product. Vele mensen laten daarom het hout vergrijzen (alle houtsoorten vergrijzen nagenoeg hetzelfde). Het enige onderhoud dat je dan hebt aan het terras is dat het een 2-3 keer per jaar goed moet gepoetst worden om algenvorming te voorkomen. Als dit correct gebeurt, zal het hout ook niet glad zijn.
Evoluties
Er wordt meer en meer met thermisch of chemisch gemodificeerd hout gewerkt voor terrassen. Verder wordt er ook steeds geïnnoveerd op vlak van bevestigingsmiddelen, terrasdragers, enz. Uit duurzaamheidsoverwegingen kiezen mensen ook meer en meer voor lokale houtsoorten. Dat is een positieve evolutie. Ga daarbij voor een PEFC / FSC label. Deze labels garanderen dat het hout afkomstig is uit duurzaam beheerde bossen. Verder is hout een uitermate circulair materiaal: een terrasplank of onderstructuur kan nadien perfect omgewerkt worden tot een andere toepassing voor interieur of exterieur.
Bronnen
- Publicatie van het WTCB getiteld “Brandveiligheid van houten terrassen op platte daken”.
- Basiskennis Hout: Materiaal en Toepassing, Hout Info Bois
- Tabel Houtsoorten buitentoepassingen Hout Info Bois
Snel dit artikel gratis lezen?
Maak eenvoudig en gratis een account aan.
-
Lees elke maand een aantal plus-artikels gratis
-
Kies zelf welke artikels je wil lezen
-
Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief